
36
Utility-functies
Assign Hold: ON, OFF
Met deze parameter bepaalt u wat er tijdens het oproepen
van een andere Patch met de commando’s van de toegewe-
zen speelhulpen (voor de Realtime-controle) gebeurt.
ON: De nieuw gekozen Patch neemt de instellingen van de
speelhulp(en) over, zodat de voor de Realtime-controle geac-
tiveerde parameters meteen veranderen – en dus niet meer
overeenstemmen met de eigenlijk geprogrammeerde waar-
de(n).
OFF: Bij het kiezen van een nieuwe Patch houdt de VF-1
geen rekening met de momentele stand van de speel-
hulp(en). Voorbeeld: zelfs wanneer het zwelpedaal tijdens de
keuze van de nieuwe Patch helemaal ingedrukt is, heeft dat
geen invloed op de parameter die in de nieuwe Patch via het
zwelpedaal kan worden aangestuurd. De VF-1 hanteert dus
de geprogrammeerde waarde(n).
Effects Off MD (geluidsweergave)
Hiermee bepaalt u of de VF-1 nog geluid weergeeft wanneer
u de effectblokken uitschakelt (op andere apparaten heet dit
“Bypass”, maar dat dekt hier niet helemaal de lading).
Direct: Als de effecten uit zijn, wordt het ingangssignaal
onveranderd naar de uitgangen gestuurd.
Mute: Als de effecten uit zijn, hoort u niets meer.
Number U/D MIN
Hiermee kiest u het kleinste Patch-nummer dat u met een
voetschakelaar kunt selecteren. Het is dus niet mogelijk om
een Patch met een lager nummer met de voet op te roepen.
PA1 (PRESET A1) ~ PA100 (PRESET A100)
PB1 (PRESET B1) ~ PB100 (PRESET B100)
UA1 (USER A1) ~ UA100 (USER A100)
UB1 (USER B1) ~ UB100 (USER B100)
Number U/D MAX
Hiermee kiest u het grootste Patch-nummer dat u met een
voetschakelaar kunt selecteren.
PA1 (PRESET A1) ~ PA100 (PRESET A100)
PB1 (PRESET B1) ~ PB100 (PRESET B100)
UA1 (USER A1) ~ UA100 (USER A100)
UB1 (USER B1) ~ UB100 (USER B100)
• Als u, na het kiezen van het hoogste Patch-nummer, nog een
keer de betreffende voetschakelaar intrapt, wordt weer de Patch
met het kleinste toegestane nummer (zie hierboven) geselec-
teerd.
• Als het display in de Play-mode “CATEGORY On” afbeeldt,
kunt u enkel de Patches van de gekozen categorie met de voet
oproepen. Om “NUMBER U/D MIN” en “NUMBER U/D
MAX” te kunnen gebruiken, moet u dan op [EXIT] drukken,
zodat het display “CATEGORY OFF” afbeeldt.
• “NUMBER U/D MIN” en “NUMBER U/DMAX” worden
enkel gebruikt, wanneer u voor CONTROL 1 en/of 2 “NUM-
BER UP” en of “NUMBER DOWN” selecteert (zie verder-
op).
Control 1, 2
Met deze parameter kiest u de functie van de voetschake-
laar(s) die u op CTL 1,2 hebt aangesloten. Het gebruik van
voetschakelaars betekent echter dat u geen zwelpedaal meer
kunt gebruiken.
• Zie “Zwelpedaal/voetschakelaar aansluiten” op blz. 15 en
“Source Mode: hoe werkt de speelhulp?” op blz. 29 voor ande-
re belangrijke gegevens omtrent het gebruik van voetschake-
laars.
Effects ON/OFF: De voetschakelaar dient voor het in- en
uitschakelen van de effectblokken (EFFECTS On/OFF). Hier-
voor gebruikt u het best een niet-schakelende voetschakelaar
(FS-5U, DP-2 enz.).
Tuner: De voetschakelaar kan voor het activeren/uitschake-
len van de Tuner worden gebruikt. Ook hiervoor zou u een
niet-schakelend exemplaar moeten kiezen. In dat geval is de
Tuner actief tot u de voetschakelaar weer loslaat.
Number Down: De voetschakelaar kan voor het oproepen
van het telkens voorafgaande Patch-geheugen worden
gebruikt. Gebruik hiervoor liefst een FS-5U. Zie ook blz. 18.
Number Up: De voetschakelaar dient voor het oproepen
van de navolgende Patch-geheugens. Ook hiervoor gebruikt
u het best een FS-5U.
Assignable: De voetschakelaar kan voor het aansturen van
een VF-1-parameter via een Assign-kanaal worden gebruikt.
De keuze van het schakelaartype hangt af van de functie die
u ermee wilt bedienen.
Twee voetschakelaars gebruiken
Hiervoor hebt u een optionele PCS-31 kabel nodig die u op
de CTL 1,2-connector aansluit. In dat geval fungeert één
voetschakelaar als CONTROL 1 en de andere als CONTROL
2.
Eén voetschakelaar gebruiken
Als u één voetschakelaar op CTL 1,2 aansluit, dan doet hij
dienst als CONTROL 1.
Komentáře k této Příručce